| Wisseltrofee Fons Singelijn | |
|---|---|
 (Foto: Sören Delclef uit Stedelijk Museum Aalst) | |
|
Categorie: |
Trofee voor Grote Groepen |
|
Periode: |
1987-2008 |
De wisseltrofee Fons Singelijn was een wisseltrofee voor de Grote Groepen. De trofee werd in het leven geroepen in 1987 en de laatste werd uitgereikt in 2008.
Ontstaan[]
De Wisseltrofee Fons Singelijn werd door het Stedelijk Feestcomité in 1987 in het leven geroepen. De trofee werd uitgereikt aan de carnavalgroep die de eerste prijs behaalde in de categorie 'Groepen met Praalwagen', de latere 'Grote Groepen'.
Wanneer een groep de wisseltrofee 3 keer gewonnen had, mochten ze de trofee definitief houden. De winnaars van de wisseltrofee kregen het jaar op hun overwinning een miniatuurversie van de trofee.
De trofee werd gecreëerd door kunstenaar Herman Muys Met de creatie van deze trofee wilde men de naam van ex-Feestcomitévoorzitter Alfons Singelijn in leven houden.[1]
De eerste trofee werd in 1987 uitgereikt aan Schiefregt'Oever. Al bleek drie weken later dat zij hun eerste plaats moesten delen door een fout van de deurwaarder.
Geschiedenis[]
Lotjonslos en Schiefregt'Oever[]
In de beginjaren van de trofee was het vooral een competitie tussen Schiefregt'Oever en Lotjonslos. Schiefregt'Oever mocht de trofee houden in 1989; ze hadden immers drie jaar op rij de eerste plaats gehaald bij de Grote Groepen. In 1993 mocht Lotjonslos de trofee definitief in hun kast plaatsen; ook zij wonnen voor het derde jaar op rij bij de Grote Groepen.
Geen trofee voor de Lodderoeigen[]
In 2001 ontstond er een relletje rond de wisseltrofee tussen Schiefregt'Oever en De Lodderoeigen. De Lodderoeigen hadden de eerste plaats gewonnen bij de Grote Groepen, maar kregen de trofee niet. Zij wilden de trofee een jaar lang uitstallen in hun lokaal, maar kregen deze niet van Jo Van den Wijngaerde van Schiefregt'Oever, de winnaars van 2000. Voor Schiefregt'Oever was het immers de zesde keer dat ze wonnen sinds de invoering van de trofee, waardoor ze de trofee een tweede keer voor zichzelf wilden houden.Sinds hun eerste definitieve overwinning van de trofee in 1989, hadden ze immers nog drie keer gewonnen.
Tot dan werd de trofee enkel uitgereikt aan groepen die drie jaar na mekaar gewonnen hadden, maar Schiefregt'Oever betwistte dat dit een regel was. Zij wonnen drie keer, met onderbrekingen, en vonden dus dat ze recht hadden op de trofee. Het Feestcomité zat met de handen in het haar, want er werden geen officiële documenten gevonden die SRO ongelijk zouden geven.[2] Het Feestcomité adviseerde het schepencollege om stappen te ondernemen via de juridische dienst, maar er werd geen regel gevonden die de beslissing van Schiefregt'Oever kon tegenspreken. Er werd officieus zelfs geopperd om Schiefregt'oever uit te sluiten voor de stoet van het volgende jaar, maar zo ver kwam het uiteindelijk niet.[3]
Trofee in het museum[]
De redenering van Schiefregt'Oever volgend, had ook Lotjonslos recht op een tweede trofee om definitief in hun kast te plaatsen. De stad ging hier niet op in en weigerde in de toekomst de trofee nog mee te geven aan de winnaar bij de Grote Groepen. Vanaf 2002 werd de trofee in het museum geplaatst, waarbij een bordje met de naam van de winnende Grote Groep vermeld werd. Het eerste bordje was voor De Lodderoeigen, die de trofee in 2001 wonnen, maar niet kregen.[4]
Doordat men geen drie jaar meer na mekaar moest winnen, kreeg Lotjonslos in 2003 hun tweede trofee Fons Singelijn overhandigd, door hun eerste plaats in 2002.[5]
De trofee werd een laatste keer uitgereikt in 2008 en is vandaag te bezichtigen in het carnavalsmuseum. De beruchte trofee van 2000 verhuisde in 2016 ook naar het Stedelijk Museum.
Winnaars[]
Vet = 3 overwinningen, waardoor de trofee definitief gehouden mocht worden.
| Jaartal | Winnaar |
|---|---|
| 1987 | Schiefregt'Oever
Lotjonslos |
| 1988 | Schiefregt'Oever |
| 1989 | Schiefregt'Oever |
| 1990 | Schiefregt'Oever |
| 1991 | Lotjonslos |
| 1992 | Lotjonslos |
| 1993 | Lotjonslos |
| 1994 | Sjik |
| 1995 | Lotjonslos |
| 1996 | Lotjonslos |
| 1997 | Sjik |
| 1998 | Schiefregt'Oever |
| 1999 | Lotjonslos |
| 2000 | Schiefregt'Oever |
| 2001 | De Lodderoeigen |
| 2002 | Lotjonslos |
| 2003 | Eirg |
| 2004 | De Lodderoeigen |
| 2005 | Lotjonslos |
| 2006 | Possensje |
| 2007 | De Lodderoeigen |
| 2008 | Schiefregt'Oever |