In 1962 werd de traditie van de vorige twee jaren voortgezet; het Driekoningenfeest werd opnieuw georganiseerd in de kelder van het Belfort.
Onder de aanwezigen vielen vooral burgemeester Blanckaert, schepenen Claus, Ringoir, Van Hoorick en Van Sinay op. Die laatste had zich uitgedost als een champetter. De genodigden schoven graag aan voor worsten, vlaaien, ajuinsoep en bier.
Het amusement werd verzorgd door o.a. Keizer Fransky en Gaston Van den Hauwe. Ook de act van Gust van Pie Kees kon gesmaakt worden door het publiek; burgemeester Blanckaert en de andere gezagsdragers moesten het ontgelden in de speech van Gust.
Een lid van het Feestcomité sprak ook een strafvordering uit tijdens dit Driekoningenfeest. Deze strafvordering verwees naar een idee dat binnen het Feestcomité geopperd werd, maar er uiteindelijk niet kwam. Men had het idee om op het Driekoningenfeest een 'Mijnheer Karnaval' te creëren. 'Mijnheer Karnaval' zou een reuzenpop zijn die tijdens carnaval een belangrijke functie zou krijgen. Op zondag zou deze reus op de Grote Markt de onbekende onverklede aanhouden. Deze persoon zou in een glazen kooi gestopt worden tussen de benen van 'Mijnheer Karnaval'. De reus zou op dinsdag tijdens een stoet naar de Grote Markt gebracht worden, waar hij berecht zou worden voor zijn zottigheden en in brand zou worden gestoken. De creatie van 'Mijnheer Karnaval' kwam er uiteindelijk niet.