
(De Voorpost - 23/01/1976)
Op vrijdag 16 januari 1976 werd het Driekoningenfeest georganiseerd in de Keizershallen. Het feest, dat georganiseerd werd door het Feestcomité met medewerking van het AKV, de Prinsencaemere en talrijke carnavalsfiguren, ving aan omstreeks 20u. Het orkest Actif Club 2000 moest voor de ambiance zorgen en Keizer Kamiel mocht het feest aan mekaar praten.
De Keizershallen waren goed gevuld, waaronder ook talrijke binnen- en buitenlandse carnavalsdelegaties. De avond kende, in tegenstelling tot vorig jaar, een groot succes. Keizer Kamiel en Actif Club 2000 hadden hierin een groot aandeel.
Keizer Kamiel begroette het publiek, waarna hij een delegatie van het Feestcomité, onder leiding van Alfons Singelijn, op het podium riep. Burgemeester Marcel De Bisschop en schepen Etienne Bogaert werden vervolgens gelauwerd door prins Bob I en de Bloemenfee. De twee stadsmagistraten kregen een carnavalsmedaille overhandigd. Na deze céremonie protocolaire kon de show uiteindelijk van start gaan.

Bloemenfee Myriam (De Voorpost - 23/01/1976)
De show begon met optredens van diverse carnavalsgroepen. De quiz van de Gaâ Lowies tussen de Ajuintjes en de kleine Ajuintjes (Falluintjes) bereikte niet het beoogde effect bij het publiek. De Aalsterse Gilles konden daarentegen wel rekenen op een staande ovatie. Maar het grote succes van de avond was de act van de Prinsencaemere. Simon D'hondt, Bloemenfee Myriam, Robert Waterschoot en Antoine Van der Heyden brachten drie geslaagde circusnummertjes op het podium. Als eerste deden ze een schietnummer, waarbij Simon D'Hondt als Buffalo Bill mocht schieten naar prinses Antoinette. Bij het messennumer verdween het hoofd van Myriam in een kist, waarna Simon D'Hondt en Robert Waterschoot één voor één messen in de kist staken. Bloemenfee Myriam kwam echter ongeschonden terug uit de kist. De Prinsencaemere sloot af met een fakirnummer, waarbij Simon D'Hondt Bloemenfee Myriam mocht hypnotiseren. Myriam zweefde daardoor tussen hemel en aarde.

Corum Alostum Imperiale (De Voorpost - 23/01/1976)
Voor de muzikale noot mocht Jean-Paul De Boitselier zorgen, hij bracht zijn nieuwe nummer ''t is weer de tijd van de kakakakakakakarnaval'. De Chevaliers brachten 'Sniewitjen van d'Hoeige Vesten' en het Corum Alostum Imperiale zong een lied over 'de vraa'. Prins Bob I bracht een gesprek tussen vader en zoon over een bezoek aan de Zoo van Antwerpen. Hij kon niet echt succes oogsten met de act, maar werd wel bewonderd om een dergelijke act te durven brengen.
Na het voorprogramma was het tijd voor de preselectie van de kandidaten Prins Carnaval. Maar liefst zes kandidaten dongen mee naar een plaatsje in de prinsenverkiezing. De kandidaten mochten in alfabetische volgorde hun act brengen en zo de jury proberen overtuigen van hun talenten.

Dirk D'Haese (De Voorpost - 23/01/1976)
Dirk D'Haese, bijgenaamd Dirk Van Vlaanderen, mocht als eerste op het podium komen. Hij bracht een verhaal over Drie Koningen in het Land van Aalst. Hierbij zong hij enkele liedjes op bekende kerstmelodieën. De teksten waren goed, maar het geheel was te lang en niet gevarieerd genoeg. De bekende dj kon ook niet verstoppen dat hij geen rasechte Aalstenaar was; zijn dialect was alles behalve Aalsters.

François Van Oost (De Voorpost - 23/01/1976)
Als tweede mocht François Van Oost de jury proberen overtuigen. Deze brouwersgast eindigde vorig jaar als tweede bij de verkiezing van Prins Carnaval en deed het heel wat beter dan kandidaat Dirk. Zijn ervaring bij de Chevaliers was duidelijk hoorbaar bij zijn liedje over het voertuig van de toekomst: de minivelô.

Henri De Smedt (De Voorpost - 23/01/1976)
Henri De Smedt, beter bekend als Harry Pinky, mocht als derde zijn nummer brengen. Harry Pinky was een gekend muzikant, hij maakte ook deel uit van de Aalsterse Gilles. Hij bracht het liedje 'In Oilsjt doar zitten sloebers', dat veel succes uit het publiek kende, dat luid meeklapte.

Johny Cooman (De Voorpost - 23/01/1976)
Johny Cooman toonde zich echter ook als een belangrijke kanshebber op de scepter met een pleidooi voor een grotere subsidiëring voor de Aalsterse groepen en zijn smartlap 'As ge noar Oilsjt komt, zeje ze zien passeiren'.

Marcel De Bruecker (De Voorpost - 23/01/1976)
Marcel De Bruecker was met zijn 1meter93 de grootste kandidaat van het gezelschap. Hij bewees dat hij de typisch Aalsterse humor onder de knie had met zijn preek over 'een stukje vlees dat al menig man en vrouw in vuur en vlam heeft gezet en oorzaak is van alle kwaad en verderf'.

Rudy Scheerlinck (De Voorpost - 23/01/1976)
Als laatste mocht Rudy Scheerlinck door de valiezen van bekende Aalstenaars snuisteren om zo enkele geheimen en raadsels te onthullen. Na de act van Rudy ging de jury even in afzondering om er hun beslissing te bespreken.
Tijdens het wachten op een beslissing van de jury mochten Alfons Singelijn, Prins Bob I, Kamiel Sergant en Bloemenfee Annick enkele medailles uitdelen. De delegaties uit Denderleeuw, Oudegem, Ninove, Wetteren, Kraainem en Vlissingen werden op het podium gehaald om hun medailles in ontvangst te nemen. Er werd gedanst en gekust, waarna de jury opnieuw het podium betrad om er hun beslissing mee te delen: François Van Oost, Harry Pinky, Johny Cooman en Marcel De Bruecker mochten doorgaan naar de prinsenverkiezing op 6 februari.

De jury van de preselectie (De Voorpost - 23/01/1976)

De 6 kandidaten (De Voorpost - 23/01/1976)

(De Voorpost - 23/01/1976)