Gilbert Claus (°20/05/1923-†23/05/2019) was een Aalsters politicus, die van 1959 tot 1971 schepen van Openbare Werken en Feestelijkheden was. In diezelfde periode trad hij ook op als voorzitter van het Feestcomité. Claus introduceerde het Driekoningenfeest en ook de Ajuinenworp, de Bloemenfee en de popverbranding werden ingevoerd tijdens zijn termijn als Feestcomité-voorzitter..
Korte biografie
Gilbert Claus werd geboren in Aalst aan de Zeshoek en groeide op aan de Botermarkt. Zijn vader had er tot 1932 een beenhouwerij, waarna vader Claus ambtenaar werd op de dienst Bevolking. De grootvader van Gilbert was een smid en maakte deel uit van Les Vrais Amis Constants.
Zijn kleuterjaren spendeerde Gilbert op Jardin d'Enfants, een liberale kleuterschool in de Korte Zoutstraat. Daarna ging hij naar het Atheneum, waar hij de KSA (Katholieke Studenten Actie) mee hielp oprichten. Gilbert studeerde verder aan de Katholieke Universiteit Leuven, waar hij afzwaaide als dokter in de Rechten en licentiaat in het notariaat. Sinds 1947 was hij ingeschreven als advocaat aan de balie van Dendermonde.
Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, moest Gilbert naar Zuid-Frankrijk als niet-dienstplichtige. Hij belandde er uiteindelijk in Haezebrouck en via Oostduinkerke kwam hij bij de Duitsers terecht. Hij verzette zich echter tegen de bezetter en betoogde in Leuven tegen de verplichte arbeidsplicht. Tijdens de oorlog stichtte hij mee Ozenam, een organisatie die geld inzamelde voor de armen.
Gilbert was reeds op vroege leeftijd actief binnen de politiek. Hij sloot zich aan bij de Christelijke Volks Partij en werd hulpsecretaris van secretaris Gustaaf Haers. Daarnaast was hij in 1947 ook secretaris van het Comité van Belgische, Nederlandse en Luxemburgse samenwerking - Afdeling Aalst.
In 1948 organiseerde Gilbert met de Vlaamse Toeristenbond de eerste naoorlogse Gulden Sporenslagfeesten. Het feest groeide uit tot een vaste waarde in Aalst, waar steeds meer mensen op af kwamen. In 1952 was hij ook voorzitter van het 11 juli-comité, dat in Aalst instond voor de organisatie van de 11 juli-feesten.
Gilbert trouwde met Annie Pauwels, wiens vader een succesvol zakenman was. De schoonvader van Gilbert wijdde zich op latere leeftijd aan de uitbouw van verzekeringsmaatschappij De Noordstar en Boerhaave, wat Gilbert in de jaren '60 zou voortzetten. In 1993 stopte Gilbert als gedelegeerd bestuurder bij De Noordstar en Boerhaave.
Gilbert overleed in mei 2019 op 96-jarige leeftijd.[1][2][3]
Politieke carrière
CVP
Gilbert was aangesloten bij de Christelijke Volks Partij en in 1950 mocht Gilbert Claus op de CVP-verkiezingslijst voor de Kamer staan. Hij was toen ook voorzitter van de Katholieke Vlaamse Hogeschool Uitbreiding - afdeling Aalst. De CVP was dat jaar de grote winnaar van de verkiezingen, maar Gilbert raakte niet verkozen als volksvertegenwoordiger.
Bij de gemeenteraadsverkiezingen in 1952 kreeg Gilbert de 15e plaats op de CVP-lijst. De CVP verloor haar absolute meerderheid, maar Gilbert werd wel verkozen als gemeenteraadslid. Hij werd zo in 1953 de oppositieleider van de CVP binnen de gemeenteraad. In 1953 werd Gilbert binnen de CVP verkozen als voorzitter van de CVP - afdeling Aalst. Later dat jaar werd hij ook verkozen tot arrondissementsvoorzitter van de CVP.
Na de teleurstelling in 1950 had Gilbert zijn ambitie om volksvertegenwoordiger te worden nog niet opgeborgen; hij stelde zich in 1954 binnen de CVP kandidaat om opnieuw op de Kamerlijst te mogen staan. Claus kwam zo op de 6de plaats van de Kamerlijst voor het arrondissement Aalst. In de uitslag was de CVP nog steeds de grootste partij, maar de grote winnaars van de verkiezingen waren de socialisten en liberalen, die samen een paars kabinet vormden. Gilbert Claus werd hierdoor opnieuw geen volksvertegenwoordiger.
Schepen van Openbare Werken
In 1958 probeerde Gilbert Claus het als kandidaat voor de Provincieraad. Bij de verkiezingen kreeg Claus 1 715 stemmen achter zijn naam, waarmee hij de derde beste CVP kandidaat in het Kieskanton Aalst was. Gilbert werd hierdoor verkozen als Provinciaal raadslid.
Na zijn succes bij de Provincieraadsverkiezingen wou Gilbert ook scoren bij de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 1958. Gilbert kreeg de derde plaats op de Aalsterse CVP-lijst en raakte met 1 114 voorkeurstemmen verkozen. Binnen zijn partij moest hij wel Van Sinay (1 469 stemmen), De Bisschop (1 425 stemmen), Van Der Veken (1 334 stemmen), Dufour (1 303 stemmen) en Wim Verleysen (1 132 stemmen) voor laten gaan. De CVP was de grote winnaar van de verkiezingen en Gilbert Claus werd aangesteld als schepen van Openbare Werken en Feestelijkheden. Binnen deze ambt kreeg hij ook de post van voorzitter van het Feestcomité.
Als schepen van Openbare werken hield Claus er een gezonde bouwpolitiek op na. Zo werden onder zijn bewind heel wat bouwprojecten gerealiseerd, waaronder bloemenveiling Flora aan de Aelbrechtlaan (1961), een nieuw slachthuis, de renovatie van het Oud Hospitaal (1964), de bouw van het Sportcomplex Osbroek (1970) en een brandweerkazerne (1970) . Daarnaast was Gilbert Claus, samen met Bert van Hoorick, ook de grote promotor van een nieuwe schouwburg (Cultureel Centrum) in Aalst. Volgens de eerste plannen zou deze aan de Hopmarkt gebouwd worden. Het Cultureel Centrum kwam er niet tijdens het schepenambt van Gilbert Claus, maar samen met Bert Van Hoorick was hij wel de grondlegger van het Cultureel Centruum De Werf. Daarnaast worden Claus en Van Hoorick ook gezien als de redders van het Oud Hospitaal.
Tweede ambtstermijn
In 1960 trekt Claus zich terug als voorzitter van de CVP - afdeling Aalst. Zijn opvolger was Marcel De Bisschop, maar Gilbert bleef wel arrondissementsvoorzitter van de CVP. In 1961 stelde Gilbert Claus zich binnen de CVP opnieuw kandidaat voor de Kamerlijst, maar hij haalde de verkiezingslijst uiteindelijk niet.
In 1965 mocht Claus, na de gemeenteraadsverkiezingen, aan zijn tweede ambtstermijn als schepen van Openbare Werken beginnen. Hij werd door de CVP ook op de lijst voor de Provincieraad geplaatst, waarvoor hij ook opnieuw werd verkozen.
In 1968 werd het gerucht verspreid dat Gilbert Claus ontslag zou nemen als schepen en zich zou terugtrekken uit het politieke leven. Het gerucht ontstond, doordat Claus besloten had om zich geen kandidaat meer te stellen voor de positie van arrondissementsvoorzitter van de CVP. In 1968 werd voor deze positie hij opgevolgd door Hubert Van Wambeke, maar Claus bleef wel deel uitmaken van het hoofdbestuur van het kanton Aalst.
Schepen Claus was ondertussen werkzaam als beheerder bij De Noordstar en Boerhaave, waardoor hij minder tijd over had voor zijn schepenambt. Zijn ontslag kwam er uiteindelijk niet, maar Claus gaf wel al aan dat hij zich bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen in 1970 niet meer verkiesbaar zou stellen. Dit betekende het einde van zijn politieke carrière.
Claus bleef wel lid van de CVP, waardoor hij later nog tot voorzitter van de Aalsterse cultuurraad verkozen werd. Claus was in zijn carrière zeer belangrijk geweest voor de politieke groei van de CVP na de oorlog.[4][5][6][7][8][9][10][11][12]
Voorzitter Feestcomité
In 1959 werd Gilbert Claus als schepen van Feestelijkheden ook tot voorzitter van het Feestcomité benoemd. Gilbert kreeg er Marcel De Bisschop naast zich, die aangesteld werd tot Feestbestuurder. Eén van de eerste te organiseren evenementen voor het nieuwe Feestcomité van Claus was de Guldensporenviering op 12 juli 1959.
Het Feestcomité werd onderverdeeld in werkgroepen en onder impuls van voorzitter Claus kwam er ook een speciale werkgroep rond Carnaval. Bij de eerste carnavalsfeesten, die door het Feestcomité van Claus georganiseerd werd, werden meteen heel wat vernieuwingen ingevoerd. Drie nieuwe praalwagens zorgden voor de opening van de stoet, er werd een Orde van de Ajuin gesticht, die Ajuinen van het Belfort zou werpen (de Ajuinenworp) en de markt werd vrijgehouden om er meer publiek te ontvangen. Ook de popverbranding werd in 1960 geïntroduceerd.
Gilbert Claus kwam zelf met het idee om op Driekoningenavond een souper te geven voor de vertegenwoordigers van de pers, radio en televisie. Dit feest zou georganiseerd worden in de Belfortzaal en zou een uitstekende reclame moeten zijn voor de komende carnavalsfeesten. Om voor een komische noot te zorgen, werden ook enkele afgevaardigden van de komische groepen uitgenodigd. De genodigden, onder wie politici en verdienstelijke Aalstenaars, werden zo uitgenodigd om in het bijzijn van de stadsmagistraten te genieten van een Breughelmaaltijd, die bestond uit ajuinsoep, worsten, vlaaien en bier, geserveerd onder de noemer 'alles van 't varken'. De uitgenodigde carnavalisten moesten met enkele acts voor vermaak zorgen. Het Driekoningenfeest werd zo geboren.
Onder het voorzitterschap van Gilbert Claus werden nog twee belangrijke vernieuwingen doorgevoerd; het Feestcomité organiseerde een verkiezing van de textielprinses (Bloemenfee) en nam de organisatie van de verkiezing van Prins Carnaval over van de Bond der Politieke Gevangenen. Na het aflopen van zijn schepenambt in januari 1971, kwam er ook een einde aan zijn ambt van voorzitter van het Feestcomité. Claus was 12 jaar lang schepen-voorzitter van het Feestcomité geweest.[13][14][15][16]
Voorzitter Aalsterse Cultuurraad
In 1977 werd in Aalst een werkgroep samengesteld voor de oprichting van een gemeentelijke cultuurraad, waarvan Gilbert Claus deel uitmaakte. De Stedelijke Raad voor Cultuur en Vrijetijdsbesteding werd uiteindelijk opgericht in 1978 en Gilbert Claus werd verkozen als voorzitter van deze raad. Binnen de cultuurraad waren 260 Aalsterse culturele verenigingen vertegenwoordigd. De taak van de Raad was vooral adviserend, stimulerend en coördinerend. In elke deelgemeente werd vergaderd, waarbij afgevaardigden van culturele verenigingen werden uitgenodigd.
Al snel kwam er kritiek op de Cultuurraad. Kwatongen beweerden dat de Cultuurraad niets deed. Veel mensen verwachtten immers dat de Cultuurraad ook dingen zou organiseren, maar dit behoorde niet tot hun bevoegdheden. Op gebied van adviseren, stimuleren en coördineren had de Cultuurraad echter wel al heel wat verwezenlijkt.
Claus bleef achter het standpunt staan dat de Cultuurraad niet moest organiseren, want het was niet de bedoeling dat de Cultuurraad de 261e Aalsterse culturele vereniging zou worden. In 1983 werd Claus herkozen als voorzitter van de Cultuurraad voor een tweede ambtstermijn. Hij zou voorzitter blijven tot in de jaren '90.[17][18][19][20]
Varia
- In 1947 richtte Gilbert Claus de volkskunstgroep Nele op, dat bestond uit koorzang, volksdans, vendelzwaaien en een blokfluitensemble.[21]
- Naast advocaat was Gilbert Claus ook leraar aan de Technische school voor Handelswetenschappen in Aalst.
- Gilbert Claus was erevoorzitter van het Feestcomité Kat-Kermis.[22]
- Gilbert Claus kwam openlijk uit voor zijn Vlaamse overtuigingen, wat na de Tweede Wereldoorlog niet makkelijk was.
- In 1959 werd Gilbert Claus, samen met schepen Wim Verleysen, erevoorzitter van het Sportcomité van Aalst.
- In 1965 kwam Gilbert Claus met het idee van een ondergrondse parking voor de Hopmarkt. Hij verwezenlijkte dit idee uiteindelijk niet, maar de parking kwam er wel vele jaren later in 2013.[23]
- In de jaren '60 en '70 organiseerde de stad Aalst een voetbaltornooi, waarbij de wisselbeker 'Ereprijs Schepen Gilbert Claus' gewonnen kon worden.[24]
- In 1972 werd Gilbert Claus de nieuwe voorzitter van het Davidsfonds Aalst. Hij voerde deze functie uit tot in de jaren '90.[25]
- In 1976 werd Claus voorzitter van het Verbond voor Vlaamse Academici van de regio's Aalst, Dendermonde, Ninove, Zottegem en Geraardsbergen.
- In 1982 werd Gilbert Claus benoemd tot ereschepen van Aalst.
- Gilbert Claus was voorzitter van de Verzekeringskring der Vlaanderen in 1983-1984.
- In 1989 werd Gilbert Claus vierde erevoorzitter van de Amicale van het Stedelijk Feestcomité.
- Begin de jaren 2000 was Gilbert Claus bestuurder van de sociale huisvestingsmaatschappij aan het Begijnhof.[26]
Bronnen
- ↑ De Gazet van Aalst, 31 juli 1947
- ↑ De Gazet van Aalst, 6 juli 1952
- ↑ De Tijd, 30 september 1993
- ↑ De Gazet van Aalst, 21 september 1952
- ↑ De Gazet van Aalst, 25 maart 1954
- ↑ De Gazet van Aalst, 18 april 1957
- ↑ De Gazet van Aalst, 13 februari 1958
- ↑ De Gazet van Aalst, 2 maart 1961
- ↑ De Gazet van Aalst, 4 mei 1958
- ↑ De Gazet van Aalst, 16 mei 1970
- ↑ De Gazet van Aalst, 7 september 1968
- ↑ De Gazet van Aalst, 10 januari 1959
- ↑ De Gazet van Aalst, 16 april 1959
- ↑ De Gazet van Aalst, 12 januari 1961
- ↑ De Gazet van Aalst, 1 juli 1961
- ↑ De Gazet van Aalst, 8 februari 1962
- ↑ De Voorpost, 12 mei 1978
- ↑ De Voorpost, 21 april 1978
- ↑ De Voorpost, 21 januari 1983
- ↑ De Voorpost, 14 juli 1989
- ↑ De Voorpost, 8 mei 1981
- ↑ De Gazet van Aalst, 19 juni 1965
- ↑ De Gazet van Aalst, 31 december 1965
- ↑ De Gazet van Aalst, 7 september 1968
- ↑ De Gazet van Aalst, 16 december 1972
- ↑ Het Laatste Nieuws, 10 juni 2005