In 1959 werd de Prinsenverkiezing georganiseerd door de Bond der Politieke Gevangenen, dat onder voorzitterschap stond van Gustaaf De Stobbeleir. In zaal Rink werd Signor Carnavalosta (Robert Waterschoot) verkozen tot Prins Carnaval 1959.
Showprogramma
Eind 1958 stelde het Comité voor de verkiezing van Prins Carnaval het showprogramma van de Prinsenverkiezing 1959 voor. De verkiezingsshow zou plaatsvinden op 1 februari 1959 in zaal Rink. De verkiezing kreeg bescherming van het Stedelijk Feestcomité, wat betekende dat de verkozen Prins Carnaval ook door de stad en het Feestcomité officieel zou erkend worden.
De organisatoren hadden opnieuw een galashow samengesteld om het publiek te entertainen. De eigenlijke verkiezing bestond immers uit een kort defilé van de verschillende kandidaten, waarna gestemd kon worden op de Prins met het mooiste kostuum. Het organiserend comité wou echter een avondvullend programma aanbieden, zodat er makkelijker publiek aangetrokken kon worden.
Het comité contacteerde zangers Will Ferdy en Henk De Bruin, The Simson's (komische acrobaten), Louis Staal (komiek) en The Cassy's (dans) om voor de nodige animatie op het podium te zorgen. Wie de Prinsenverkiezing wou bijwonen, betaalde 30 Belgische frank voor een ticket. Er werd 5 frank extra gevraagd wanneer er een tafel of een stoel moest voorbehouden worden. Kaarten konden aangeschaft worden bij muziekhandelaar Karel Van der Meirsch, in 'Music Home' bij Désiré Kieckens en in Café Pompierken bij Pol Van Hemden.
Aan de ingang moesten de toeschouwers hun toegangsticket inruilen voor een groene stemkaart, met daarop de namen van de kandidaten. De nieuwe Prins zou verschillende geschenken mogen ontvangen, waarbij het Feestcomité 1.500 frank zou schenken aan Prins Carnaval 1959. Elke niet-verkozen kandidaat zou dan weer 500 frank ontvangen van het inrichtend comité.[1][2]
6 Kandidaten
Het Comité voor de verkiezing van Prins Carnaval had vooraf een reglement opgemaakt voor de kandidaten Prins Carnaval. Zo moest elke kandidaat woonachtig zijn in Aalst en mocht hij de leeftijd van 45 jaar niet overschrijden. Kandidaten moesten zich voor 15 januari per brief inschrijven bij mevrouw Pletsier (Clementine De Groot).
Het organiserend comité ontving hierbij zes kandidaturen. De kandidaten bleven echter geheim tot op de Prinsenverkiezing, omdat de Prins verkozen moest worden omwille van zijn kostuum en niet door zijn naam. Om anoniem te kunnen blijven tijdens de verkiezing, moesten de kandidaten zich voorstellen via een schuilnaam.
De verkiezing
Don Carnavalido (Het Laatste Nieuws - 03/02/1959)
Zaal Rink liep vol met honderden toeschouwers, waarna het inleidende variétéprogramma met onder andere Will Ferdy, Henk De Bruin en Louis Staal van start kon gaan. Tussen het publiek werden de schepenen Claus, Ringoir, Verleysen en Deprez opgemerkt. Ook burgemeester Blanckaert en Keizer Carnaval Frans De Boitselier waren aanwezig. De aanwezigen kregen bij het binnenkomen allemaal een groene stemkaart, waarop de namen van de zes kandidaten stonden met daarachter een wit bolletje dat ingekleurd moest worden.
Het hoogtepunt van de Prinsenverkiezing was uiteraard het défilé van de kandidaten. De toeschouwers konden op het stembiljet de namen aflezen van Willem II, Karel I, Don Carnavalido, Don Roger, Signor Carnavalosta en Don Marcello. Eén voor één werden de kandidaten op het podium geroepen en toegejuicht door het publiek. Willem II, in werkelijkheid Willem Sergeant, droeg een kostuum in geel fluweel. Karel I, van wie de echte naam onbekend bleef, was verkleed als een figuur zoals die op sigarenbandjes werd afgebeeld. Don Carnavalido, oftewel Louis Van Pottelbergh, verscheen volledig in het blauw. Don Roger, met als echte naam Roger Van Mulders, verscheen in wit hermelijn, terwijl Signor Carnavalosta, alias Robert Waterschoot, een zilveren pak droeg. Als laatste betrad Don Marcello, oftewel Marcel Henninck, het podium. Daarna kwam ook Keizer Fransky het podium op. Het werd al snel duidelijk wie de favoriet was: Signor Carnavalosta kreeg het luidste applaus en werd toegejuicht door enkele vrouwelijke groupies.
Willem II. (Het Laatste Nieuws - 03/02/1959)
De stembriefjes werden tijdens de show opgehaald, en in de pauze geteld en nagekeken door de jury. Ondertussen verzorgden De Ware Gilles de animatie met hun bezemdans, waarbij ze sinaasappelen in de zaal wierpen. De kandidaten trakteerden het publiek ondertussen op kushandjes.
Rond middernacht werd het stil in de zaal toen de jury het podium betrad om de uitslag bekend te maken. Willem II, Karel I en Don Carnavalido kregen elk 68 stemmen, Don Roger behaalde 84 stemmen, Don Marcello eindigde met 236 stemmen. De overtuigende winnaar van de avond was Signor Carnavalosta, oftewel Robert Waterschoot, met maar liefst 471 zaalstemmen.
| Kandidaat | Stemmen |
|---|---|
| Sigrnor Carnavalosta | 471 |
| Don Marcello | 236 |
| Don Roger | 84 |
| Willem II | 68 |
| Karel I | 68 |
| Don Carnavalido | 68 |
Tweede keer Robert
Signor Carnavalosta was de schuilnaam van Robert Waterschoot, die in 1958 ook al verkozen werd tot Prins Carnaval. De Prins zorgde meteen voor een dans op het podium om zijn geluk te tonen. Robert werd Prins Carnaval in een kostuum waaraan 70.000 zilveren pailletten bevestigd waren, met een geschatte waarde van 15.000 frank.
De nieuwe Prins werd gefeliciteerd door Gustaaf De Stobbeleir, de voorzitter van het inrichtende comité. Gustaaf riep het stadsbestuur op om in de toekomst ook financiële steun te bieden aan de Prinsenverkiezing. Ook burgemeester Frans Blanckaert en Feestcomité-voorzitter Gilbert Claus feliciteerden de nieuwe Prins met zijn overwinning. De burgemeester richtte zich tot de supportersclans en riep op tot sportief gedrag. In zijn toespraak eerde hij ook nog Keizer Franksy, als één van de bezielers van het Aalsterse carnaval.
Na de woorden van de burgemeester werd Robert tot Prins Carnaval gekroond door Gilbert Claus. De voorzitter van het Feestcomité overhandigde hem een bos bloemen en een cheque van 1.500 frank. Daarnaast ontving Robert van Het Laatste Nieuws ook nog een kristallen beker van Val-Saint-Lambert en mocht hij zijn rood-wit prinsenlint in ontvangst nemen.[3][4]
Robert drinkt uit zijn kristallen vaas tijdens de stoet (Foto: Archief Lieven Goubert)
Na de verkiezing verspreidde het publiek zich in de verschillende café's op de Grote Markt. ’s Nachts deed het gerucht de ronde dat Keizer Fransky zijn scepter kwijtgeraakt zou zijn. Hierbij werden meteen de aanwezige Dendermondenaren als schuldigen aangewezen. Fransky diende zelfs klacht in bij de politie, maar uiteindelijk bleek dat de Dendermondenaren hier niets mee te maken hadden. Gelukkig werd de scepter nog vóór carnaval terugbezorgd aan de Keizer. Volgens Het Laatste Nieuws zouden de daders afkomstig zijn uit het Brusselse.[5][6]
Kritische noot
Na de Prinsenverkiezing verschenen er in de Gazet van Aalst enkele kritische noten bij het verloop van de verkiezing. De krant stelde zich de vraag wat er zou gebeuren als Robert Waterschoot ook in 1960 opnieuw tot Prins Carnaval verkozen zou worden. Zou men dan twee Keizers Carnaval aanduiden, of was men van plan om Franksy af te zetten als Keizer Carnaval?
De krant had immers opgevangen dat Keizer Fransky bij enkele politici in ongenade was gevallen. Volgens de geruchten wilden zij Robert Waterschoot naar voren schuiven als een nieuwe Keizer Carnaval, zodat Franksy op een elegante manier opzijgeschoven kon worden. De mogelijke aanstelling van een nieuwe Keizer werd door sommigen dan ook geïnterpreteerd als een strategische zet om het symbolische leiderschap van Franksy te beëindigen.
Naamkaartje Prins Signor Carnavalosta (Archief Lieven Goubert)
De krant stelde zich daarnaast ook de vraag of de Prins Carnaval niet door het Aalsterse volk verkozen moest worden. Robert Waterschoot was in 1959, net zoals in 1958, verkozen met een groot aantal stemmen van niet-Aalstenaars. Er waren opnieuw gratis bussen ingelegd vanuit Dendermonde, de geboortestad van Robert, waardoor de indruk ontstond dat deze Prins in belangrijke mate verkozen werd door buitenstaanders.
Omwille van deze twee bedenkingen pleitte de Gazet van Aalst ervoor dat de verkiezing van Prins Carnaval in de toekomst door het Feestcomité geregeld zou worden. Er moest volgens de krant een duidelijk reglement worden opgesteld, onder meer over de titel van Keizer Carnaval, om zo politieke inmenging te vermijden. Ook het voorstel dat een Prins zich slechts één keer verkiesbaar zou mogen stellen, werd in het artikel geopperd. Het stuk werd ondertekend met het pseudoniem ‘de maagd van Aalst’.[7]
Redactie
Tekst en foto's
- Tekst: Sören Delclef - AjoinPedia
- Foto's: Het Laatste Nieuws, Lieven Goubert